VOEDSEL-minister Lord Henley is in Birmingham geweest om te leren hoe de grootste fabrikant van Caribische stijl in het VK pasteitjes zorgt ook voor het milieu.
Lord 'Oliver' Henley, een parlementair ondersecretaris bij het Department for the Environment, Farming and Rural Affairs, had niet verder van het platteland kunnen zijn toen hij Cleone Foods toerde in de Jewellery Quarter in Birmingham.
Een bezoek aan Island Delight Factory
Hij werd rondgeleid in de fabriek waar meer dan 50 mensen werken en meer dan 100,000 . produceert pasteitjes een week door de oprichter en algemeen directeur van het bedrijf, Wade Lyn, die onlangs door de Prins van Wales is aangesteld als de Midlands Business Ambassador for Business in the Community.
De minister kreeg te zien hoe Cleone Foods, makers van de Island Delight scala aan pasteitjes and slices ontdoet zich van zijn afval en gebruikt een minimale verpakking die zowel handig is voor de retailer, shopper als milieuvriendelijk.
"Al het afval van de fabriek wordt gescheiden en zoveel mogelijk wordt gerecycled in plaats van gestort", zegt Wade Lyn.
"Maar ik geloof dat er in het hele land meer kan worden gedaan om ervoor te zorgen dat voedselafval wordt afgevoerd voor anaerobe vergisting in biomassacentrales waar het kan worden gebruikt om energie en meststoffen te produceren."
Cleone Foods biedt werkgelegenheid aan mensen in een van de meest achtergestelde delen van het land. Bovendien krijgen werknemers toegang tot leerplaatsen en andere opleidingsmogelijkheden.
Het bedrijf werkt nauw samen met 'Business in the Community' en is ook gastheer voor de 12/8-groep die mentoring biedt voor kleine en middelgrote bedrijven.
David Darlaston, Regional Director of Business in the Community in de West Midlands, zei:
"Cleone Foods is een uitstekend voorbeeld van hoe een klein bedrijf gezamenlijke actie kan ondernemen om een duurzame toekomst voor mens en planeet op te bouwen. Daarom wonnen ze vorig jaar onze Small Company of the Year Award,"
“Door het leiderschap van Wade laat Cleone Foods duidelijk zien dat 'het juiste doen' zowel zakelijk gezien verstandig is als beter voor het milieu.
